narrig

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • nar·rig
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van narren met het achtervoegsel -ig
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen narrignarrigernarrigst
verbogen narrigenarrigerenarrigste
partitief narrigsnarrigers-

Bijvoeglijk naamwoord

narrig

  1. in een vervelende stemming zijn
    • De narrige oude man wilde niets geven aan de collectant. 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord narrig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
71 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.