muskiet
Nederlands
Woordafbreking
- mus·kiet
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Spaans of Portugees, in de betekenis van ‘insect’ voor het eerst aangetroffen in 1630 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | muskiet | muskieten |
verkleinwoord | muskietje | muskietjes |
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord muskiet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'muskiet' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.