motelkamer

Nederlands

motelkamers met eigen ingang naar parkeerplaats
Uitspraak
Woordafbreking
  • mo·tel·ka·mer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord motelkamer motelkamers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

motelkamer v/m

  1. gastenkamer in een motel die vaak een eigen ingang heeft naar parkeerplaats
    • De dader viel door de mand toen hij beelden van het misbruik deelde via internet. Rechercheurs ontdekten aan de hand van de beelden in welke motelkamer de video was opgenomen en zochten uit wie voor de kamer had betaald. [1] 
    • Er zijn enkele eerdere gevallen bekend over gewelddadige interacties tussen verdachten en de politie waarbij robots zijn gebruikt. Bijvoorbeeld bij een arrestatie in Albuquerque in de VS in 2014. Daar had een gewapende verdachte zich verschanst in een motelkamer. De politie gebruikte toen chemische munitie via een robot waarna de verdachte zich overgaf, zo staat te lezen in het officiële politierapport over de zaak. [2] 

Gangbaarheid

  • Het woord motelkamer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Reformatorisch Dagblad 14-10-2015 Levenslang voor misbruik Amerikaanse baby
  2. Tubantia Mark Zaremba 10-01-17, 'Politierobots zullen vaker verdachten gaan doden'
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.