mit
Nederlands
Woordafbreking
- mit
Woordherkomst en -opbouw
- Herkomst: Sefardisch (Portugees) Hebreeuws מת [1]
Gangbaarheid
- Het woord 'mit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
Limburgs
Uitspraak
- IPA: /mɪt/ (Etsbergs)
Noors
Zelfstandig naamwoord
mit
- verouderde spelling of vorm van midd van vóór 2005
- (verouderd) onbepaalde vorm nominatief enkelvoud, mannelijk
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
- mit
Voorzetsel
mit + datief mit
- «Drauss iss es am schneehe alleweil, awwer wann die Daage laenger warre un’s widder wennich waarm watt, schtaerte die Bauere widder mit ihr Arewet.»
- Buiten sneeuwt het de hele tijd, maar als de dagen langer worden en het weer een beetje warm wordt, beginnen de boeren weer met hun werk.
- «Drauss iss es am schneehe alleweil, awwer wann die Daage laenger warre un’s widder wennich waarm watt, schtaerte die Bauere widder mit ihr Arewet.»
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.