messteek

Nederlands

messteken
Uitspraak
Woordafbreking
  • mes·steek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord messteek messteken
verkleinwoord messteekje messteekjes

Zelfstandig naamwoord

messteek m [1]

  1. verwonding met een mes
    • De moordenaar had het slachtoffer met wel 20 messteken om het leven gebracht. 
  1. (figuurlijk) iets was een messteek door iemands hart
    • De ijselijke kreet van het meisje ging als een messteek door het hart van de bezorgde vader.</ref> 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord messteek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.