mentrix

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  mentrix    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈmɛntrɪks/
Woordafbreking
  • men·trix
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord mentrix mentrices
mentrixen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

mentrix v

  1. begeleidster of opvoedster, vrouw die haar ervaring gebruikt om een ander terzijde te staan
    • Mentor is afgeleid uit het Grieks daarom wordt de soms gebruikte vrouwelijke vorm "mentrix" wel afgewezen, die gebaseerd is op de misvatting dat er een woord "mentor" in het Latijn zou bestaan. 
    1. (onderwijs) docente waar leerlingen terecht kunnen met problemen die niet op een schoolvak betrekking hebben
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord mentrix staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
86 %van de Nederlanders;
31 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.