meeregeren

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • mee·re·ge·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs		 verleden
tijd		 voltooid
deelwoord
meeregeren
regeerde mee
meegeregeerd
zwak -d volledig

Werkwoord

meeregeren [1]

  1. (regering) onovergankelijk eveneens aan de regering deelnemen
Afgeleide begrippen
  • meeregering

Gangbaarheid
  • Het woord meeregeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.