meegaan

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  meegaan    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˈmeχan/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈmeɣan/
Woordafbreking
  • mee·gaan
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
meegaan
/'meɣan/
ging mee
/ɣɪŋ 'me/
meegegaan
/'meɣəɣan/
klasse 7 volledig

Werkwoord

meegaan

  1. ergatief op hetzelfde moment dezelfde richting uitgaan
    • Hij is met de vorige trein meegegaan. 
  1. ergatief, (figuurlijk) op hetzelfde moment dezelfde richting uitgaan
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord meegaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.