macromolecule

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ma·cro·mo·le·cu·le
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord macromolecule macromoleculen
macromolecules
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

macromolecule v / m / o

  1. (natuurkunde) (scheikunde) een molecuul met een relatief hoge moleculaire massa. (algemeen gezien bestaande uit meer dan 1000 atomen)
Synoniemen
Vertalingen


Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord macromolecule staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.