luchtvaartuig
Nederlands
Woordafbreking
- lucht·vaar·tuig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van lucht en vaartuig
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | luchtvaartuig | luchtvaartuigen |
verkleinwoord | luchtvaartuigje | luchtvaartuigjes |
Zelfstandig naamwoord
luchtvaartuig o
- een voertuig in staat om te vliegen.
- Het luchtvaartuig werd als onbemand vliegtuig bestuurd.
Gangbaarheid
- Het woord luchtvaartuig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'luchtvaartuig' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.