loonsom

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  loonsom    (hulp, bestand)
  • IPA: [[WikiWoordenboek:Standaardweergave uitspraak Nederlands#Overzicht van gebruikte tekens|/['lonsɔm/]]
Woordafbreking
  • loon·som
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord loonsom loonsommen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

loonsom v/m

  1. (economie) alle salarissen, premies en belastingen die een bedrijf of organisatie moet betalen aan en voor het personeel
    • De gemeentelijke bijdrage is volgens Ex net voldoende om de huur, het onderhoud van de gebouwen en een deel van de loonsom te betalen. Daarnaast dalen de eigen inkomsten door de slechte economie. 'Bezoekers besteden minder en bedrijven geven minder', zegt Ex. [1] 
    • Werkgever en werknemer moeten samen bepalen waar ze het belastingvoordeel willen leggen. Daarvoor is een percentage van 1,2 procent van de loonsom beschikbaar. Communicatiemiddelen als laptops of mobiele telefoons zitten nog wel in een aparte categorie en concurreren daarmee niet met kerstpakket of fiets. [2] 
    • De extra kostenpost bedraagt maar liefst 10 procent van het netto bedrijfsresultaat van het betaald voetbal en in die berekeningen hebben de clubs nog niet eens gekeken naar de gevolgen van de BTW-verhoging en de 'Bos-tax'. De KNVB heeft in een brief aan de fractievoorzitters van de Eerste Kamer voorgesteld om de crisisheffing toe te passen, maar dan wel met een bepaald maximum (0,5 procent van de totale fiscale loonsom van een club). [3] 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • loonsomheffing
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord loonsom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
80 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.