levensgroot

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • le·vens·groot
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen levensgrootlevensgroterlevensgrootst
verbogen levensgrotelevensgroterelevensgrootste
partitief levensgrootslevensgroters-

Bijvoeglijk naamwoord

levensgroot

  1. heel erg groot
    • De bezorgde man zag weer levensgrote problemen opdoemen. 
  1. een afbeelding die zo groot is als in de werkelijkheid
    • Op het plein was een meer dan levensgrote afbeelding van een roos te zien. 

Gangbaarheid

  • Het woord levensgroot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.