leenroerig

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • leen·roe·rig
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstellende afleiding van leen en de stam van roeren met het achtervoegsel -ig [1]
stellend
onverbogen leenroerig
verbogen leenroerige
partitief leenroerigs


Bijvoeglijk naamwoord

leenroerig

  1. (geschiedenis) (leenstelsel) afkomstig en afhankelijk van een leenheer
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord leenroerig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.