kwast

[2] Kwasten.

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kwast    (hulp, bestand)
  • IPA: /kʋɑst/
Woordafbreking
  • kwast
1,2,3,4 enkelvoud meervoud
naamwoord kwast kwasten
verkleinwoord kwastje kwastjes
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘drank’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1893 [1]
  • In de betekenis van ‘malle vent’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1700 [1]
  • In de betekenis van ‘verfgereedschap’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1665 [1]
  • In de betekenis van ‘knoest’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1567 [1]
5 enkelvoud meervoud
naamwoord kwast
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

kwast m

  1. een borstelachtige versiering
    • De rand van het gordijn was afgezet met kwastjes. 
  1. (schilderkunst) steel met borstel [2]
    • De schilder maakte zijn kwasten schoon voordat hij ze opborg. 
  1. een vreemd persoon [3]
    • Wat een rare kwast is hij toch! 
  1. een onregelmatigheid in de nerf van een stuk hout ontstaan door het insluiten van een zijtak in het hout van de stam [4]
    • Deze kwast maakt dit dure stuk buxus onbruikbaar voor het vervaardigen van een muziekinstrument. 
  1. zelfgemaakte limonade van uitgeperste citroen, water en suiker naar smaak [5]
    • Op deze bloedhete dag was het heerlijk eens kwast te drinken. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • kwasterig, kwastgras, kwastig, kwastvinnige
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord kwast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.