klinket
![](../I/m/Zalipie_stodola.jpg)
Schuurdeur met klinket
Nederlands
Woordafbreking
- klin·ket
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van het Oudfranse clencquet
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | klinket | klinketten |
verkleinwoord | klinketje | klinketjes |
Zelfstandig naamwoord
klinket o
- (bouwkunde) een kleine deur in een grote deur
- Personen gaan door het klinket, voor voertuigen opent men de grote deuren.
Synoniemen
- loopdeur, winket
Gangbaarheid
- Het woord klinket staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'klinket' herkend door:
7 % | van de Nederlanders; |
10 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.