kijkdoos
![](../I/m/De_rarekiek_(%E2%80%99t_Fraay_Curieus)_Rijksmuseum_SK-A-4941.jpeg)
Nederlands
![](../I/m/Afbeelding-kijkdoos_exterieur.jpg)
buitenkant van een kijkdoos
Woordafbreking
- kijk·doos
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kijk ww en doos
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kijkdoos | kijkdozen |
verkleinwoord | kijkdoosje | kijkdoosjes |
Zelfstandig naamwoord
kijkdoos v/m
- een doos of schoenendoos als knutselwerk waarin een voorstelling van figuurtjes is gemaakt, op een zodanige manier dat deze te bekijken is door een gat in de zijkant van de doos
- Weet je nog toen je vroeger een kijkdoos maakte? Met wat geknutsel en geverf kon je een kleine, nieuwe wereld scheppen. [1]
- (pejoratief) televisie
Gangbaarheid
- Het woord kijkdoos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kijkdoos' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- NRC 27 juni 2016
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.