keurgroep

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • keur·groep
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord keurgroep keurgroepen
verkleinwoord keurgroepje keurgroepjes

Zelfstandig naamwoord

keurgroep v/m

  1. groep die is geselecteerd uit een (veel) grotere groep
    • Er is om de vier jaar wel weer discussie over de nummers 21, 22 en 23 van de keurgroep en er stak in 1990 een briesje op toen Guy Thys Luc Nilis liet vallen voor Jean-François De Sart, volgens insiders om het evenwicht tussen Nederlands- en Franstalige spelers te bevorderen.[1] 
    • En óf Bashir Abdi (29) blinkt. Als eerste Belg maakt hij deel uit van het NN Running Team, een keurgroep van wereldkampioenen, olympische medaillewinnaars, laureaten van prestigieuze marathons.[2] 
Synoniemen

Gangbaarheid
  • Het woord keurgroep staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Verwijzingen
  1. de Standaard 22 MEI 2018 De keuze van Martinez is onbegrijpelijk
  2. de Standaard 10 APRIL 2018 ‘Mama zou fier geweest zijn op mij’
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.