kerstweek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kerst·week
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kerstweek kerstweken
verkleinwoord kerstweekje kerstweekjes

Zelfstandig naamwoord

kerstweek v / m [1]

  1. de week van Kerstmis tot Nieuwjaar

Gangbaarheid

  • Het woord kerstweek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.