kerkbaljuw

Nederlands

1. een kerkbaljuw
Uitspraak
  • Geluid:  kerkbaljuw    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˈkɛrk.bɑɫ.jyβ̞/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈkɛrk.bɑl.jyβ̞/
Woordafbreking
  • kerk·bal·juw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kerkbaljuw kerkbaljuwen
kerkbaljuws
verkleinwoord kerkbaljuwtje kerkbaljuwtjes

Zelfstandig naamwoord

kerkbaljuw m

  1. (religie) (beroep) een persoon die in een kerk de orde bewaart
    • Heb jij ooit een kerkbaljuw gezien? 

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord kerkbaljuw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.