kegelen
Nederlands
Woordafbreking
- ke·ge·len
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘met een bal kegels omgooien’ voor het eerst aangetroffen in 1425 [1]
- Afgeleid van kegel met het achtervoegsel -en
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
kegelen |
kegelde |
gekegeld |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
kegelen
- inergatief (spel) het kegelspel spelen
- overgankelijk ~ uit uitwerpen, elimineren
- Zo waren ze uit de competitie gekegeld.
Gangbaarheid
- Het woord kegelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kegelen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.