kaneelboom
Nederlands
Woordafbreking
- ka·neel·boom
Woordherkomst en -opbouw
- van Middelnederlands caneelboom; samenstelling van kaneel zn en boom zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kaneelboom | kaneelbomen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
kaneelboom m
- cinnamomum, boom die kaneel voortbrengt
- 1. kaneelboom
- 1. bladeren van de kaneelboom
Gangbaarheid
- Het woord kaneelboom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.