kaderlid
Nederlands
Woordafbreking
- ka·der·lid
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kader zn en lid zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kaderlid | kaderleden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
kaderlid o
- leidinggevende in een organisatie
- De Koninklijke Marechaussee heeft een dertigjarig landelijk kaderlid van motorclub No Surrender aangehouden in een vliegtuig op Schiphol.[1]
- Als je vroeger 15 regionale bankkantoren had met telkens één kaderlid aan het hoofd van een kantoor, zijn er nu acht of negen kaderleden voor al die kantoren. De banken streven een organisatie na die ‘lean and mean’ is.”[2]
Gangbaarheid
- Het woord kaderlid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kaderlid' herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Reformatorisch Dagblad 20-06-2017 No Surrender-lid opgepakt in vliegtuig
- Tubantia Alex van der Hulst 02-12-17 'Geen managers meer? De beste ontwikkeling ooit'
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.