jandoedel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • jan·doe·del
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord jandoedel jandoedels
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

jandoedel m [1]

  1. een goedige maar erg domme man
    • „Dit is een nadeel van internet”, zei de woordvoerder. „Het recept is zo eenvoudig dat elke jandoedel het kan.” [2] 
    • Door een interne computerstoring kon het digitale examen niet opstarten. ,,Na een uur mochten we van onze plek af om te kletsen. Toen wisten we dat het niet meer doorging, blikt Wesley Huisveld (16), één van de gedupeerden, terug. ,,Zaten we daar voor jandoedel. [3] 
  1. sterke drank gemaakt van graan
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord jandoedel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
55 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.