inblikken
Nederlands
Woordafbreking
- in·blik·ken
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende afleiding van in (voorzetsel) en blik (zelfstandig naamwoord) met het achtervoegsel -en dat de onbepaalde wijs van een werkwoord vormt
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
inblikken |
blikte in |
ingeblikt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
inblikken
- overgankelijk voedsel conserveren door het in een blikken vat luchtdicht te verpakken
- Zalm, tonijn, erwten en bonen worden veel ingeblikt.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord inblikken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'inblikken' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.