ik-vorm
Nederlands
Woordafbreking
- ik-vorm
Zelfstandig naamwoord
ik-vorm m
- een manier van vertellen waarbij de verteller als 'ik' optreedt
- Wees eerlijk. Anderen kunnen niet ruiken wat jij wilt of voelt. Je zult het moeten uitleggen. En breng je verhaal in de ik-vorm. Dus zeg niet: ‘Je geeft me veel te veel werk’, maar: ‘Ik voel me gestrest als ik veel werk moet doen dus ik wil minder taken.’[1]
- Anders dan bij wetten en koninklijke besluiten gebruikt de koningin voor de Akte de ik-vorm en niet het majesteitelijk meervoud 'wij'. Daarmee wordt benadrukt dat de abdicatie een persoonlijk besluit is.[2]
Gangbaarheid
- Het woord ik-vorm staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ik-vorm' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- de Telegraaf M. de Vries 25 augustus 2015 Waarom assertief zijn goed voor je is
- de Telegraaf 17 april 2013 Akte van Abdicatie wordt tentoongesteld
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.