hullen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hul·len
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘wikkelen in’ voor het eerst aangetroffen in 1330 [1]
  • [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
hullen
hulde
gehuld
zwak -d volledig

Werkwoord

hullen

  1. wederkerend zich ~ in zich trachten te verbergen in iets
    • Hij hulde zich in stilzwijgen. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • hulsel
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord hullen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
86 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.