houtwerker
Nederlands
Woordafbreking
- hout·wer·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hout en werker
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | houtwerker | houtwerkers |
verkleinwoord | houtwerkertje | houtwerkertjes |
Zelfstandig naamwoord
houtwerker m
- iemand die met hout werkt
Gangbaarheid
- Het woord 'houtwerker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.