hoogwerker
Nederlands
Woordafbreking
- hoog·wer·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hoog en werker
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hoogwerker | hoogwerkers |
verkleinwoord | hoogwerkertje | hoogwerkertjes |
Zelfstandig naamwoord
hoogwerker m [1]
- een verrijdbaar toestel waarmee men op een veilige manier aan hoger gelegen installaties kan werken
Gangbaarheid
- Het woord hoogwerker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'hoogwerker' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.