hoofdgebaar
Nederlands
Woordafbreking
- hoofd·ge·baar
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hoofd en gebaar
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hoofdgebaar | hoofdgebaren |
verkleinwoord | hoofdgebaartje | hoofdgebaartjes |
Zelfstandig naamwoord
hoofdgebaar o
- een beweging met het hoofd waarmee men iets wil zeggen
- Helemaal links staat een man die zijn metgezellin met een kort hoofdgebaar duidelijk maakt: moet je kijken, daar wordt gefilmd. Meteen daarna lopen ze door. Was het opzet, had Woody het niet gezien of heeft hij gedacht: laat maar zitten, het is verder een goeie scène, wie valt dat nou op?[1]
Gangbaarheid
- Het woord hoofdgebaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- NRC Frits Abrahams 5 september 2012
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.