hindernis
Nederlands
Woordafbreking
- hin·der·nis
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘belemmering’ voor het eerst aangetroffen in 1256 [1]
- Naamwoord van handeling van hinderen met het achtervoegsel -nis.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hindernis | hindernissen |
verkleinwoord | hindernisje | hindernisjes |
Zelfstandig naamwoord
hindernis v
- iets dat de voortgang verstoort
- De grootste hindernis was het krijgen van de juiste rechten.
- obstakel
Vertalingen
1. iets dat de voortgang verstoort
Gangbaarheid
- Het woord hindernis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'hindernis' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.