heroïek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • he·ro·iek
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘heldhaftig’ voor het eerst aangetroffen in 1599 [1]
  • afgeleid van heroïsch
enkelvoud meervoud
naamwoord heroïek
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

heroïek

  1. heldhaftigheid
    • Een Rus moet ergens in geloven. In het stralende, het hogere. Imperium en communisme zitten ons in het bloed. Heroïek ligt ons.[2] 
    • Ik zal nooit kunnen invoelen wat het is om aan de top te voetballen.' En het zijn de journalisten die de heroïek aan het spel toevoegen, dacht ik.[3]  
    • Avildsen zag af van de regie van Rocky 2. De latere Rocky's bleken stuk voor stuk onvergelijkbaar met de eerste: de tragiek, die de heroïek zo mooi in balans hield, was eraf.[4] 
Synoniemen
  • moed, heldhaftigheid, onversaagdheid
Antoniemen
Vertalingen
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen heroïekheroïekerheroïekst
verbogen heroïekeheroïekereheroïekste
partitief heroïeksheroïekers-

Bijvoeglijk naamwoord

heroïek

  1. heldhaftig

Gangbaarheid

  • Het woord heroïek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
90 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. "heroïek" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
  2. Aleksievic, Svetlana Aleksandrovna 2015 Het einde van de rode mens vertaald door Jan Robert Braat 2015 ISBN 978-90-234-9802-5 pagina 38
  3. Spaan, Henk Oude vrienden 2014 ISBN 978-90-254-4334-4 2015 pagina 280
  4. Volkskrant Bor Beekman 18 juni 2017
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.