hekanker
Nederlands
Woordafbreking
- hek·an·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hek en anker
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hekanker | hekankers |
verkleinwoord | hekankertje | hekankertjes |
Zelfstandig naamwoord
hekanker o
- (scheepvaart) een tweede, meestal licht anker aan het achterschip
- Hij liet het hekanker overboord vallen.
Vertalingen
1. een tweede, meestal licht anker aan het achterschip
Gangbaarheid
- Het woord 'hekanker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.