hebetude

Niet te verwarren met: hebetic

Engels
Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˈhɛbɪtjuːd/
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Latijnse woord hebetudo, dat van hebes (bot, stomp) en hebere (stomp zijn) komt.
enkelvoud meervoud
hebetude -

Zelfstandig naamwoord

hebetude

  1. mentale lethargie, zaaiheid
  2. (medisch), (psychologie) apathie, mentale lethargie, emotionele wezenloosheid
Synoniemen
  • [1-2]: dullness
  • [1-2]: lethargy
  • [1-2]: stupidity
Antoniemen
  • [1-2]: vitality
  • [1-2]: vivacity
Afgeleide begrippen
  • [1-2]: hebetate
  • [1-2]: hebetudinous
  • [1-2]: hebetudinosity
Verwante begrippen
  • [1]: fatigue
  • [1]: languor
  • [1]: lassitude
  • [1]: sloth
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.