handbereik

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • handĀ·beĀ·reik
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord handbereik
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

handbereik o

  1. heel dichtbij, makkelijk te bereiken
    • De oude vrouw heeft de telefoon, afstandsbediening en alarmknop allemaal binnen handbereik. 

Gangbaarheid

  • Het woord handbereik staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.