grijpbaar

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • grijp·baar
Woordherkomst en -opbouw

afleiding van naamwoord van handeling grijpen met het achtervoegsel -baar

stellendvergrotendovertreffend
onverbogen grijpbaargrijpbaardergrijpbaarst
verbogen grijpbaregrijpbaarderegrijpbaarste
partitief grijpbaarsgrijpbaarders-

Bijvoeglijk naamwoord

grijpbaar

  1. wat fysiek of geestelijk te pakken of te begrijpen is
    • - Uit het lange gras komen muizen die op het korte gras grijpbaar zijn.[1] 
    • - Hitler werd een soort spook (vager, minder grijpbaar) en marionet: door de studentenbeweging werd hij voor linkse Duitsers wat hij in de DDR altijd al was, marionet van het grootkapitaal. Voor weer anderen was hij juist een pion van Moskou geweest. [2] 
Synoniemen
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord grijpbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Koos Dijksterhuis NRC 3 augustus 2007
  2. Juurd Eijsvoogel NRC 4 juni 2016
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.