gilde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gilde (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /ˈχɪɫdə/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈɣɪldə/
Woordafbreking
- gil·de
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘middeleeuwse broederschap’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1115 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gilde | gilden gildes |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
gilde v/(m) / o
- (geschiedenis) een middeleeuwse beroepsorganisatie, meest op monopolie en handhaven van bepaalde standaarden gericht
Hyponiemen
|
|
|
|
|
Afgeleide begrippen
|
|
|
|
|
|
Vertalingen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
gillen |
gilde
- enkelvoud verleden tijd van gillen
- Ik gilde.
- Jij gilde.
- Hij, zij, het gilde.
- Ik gilde.
Gangbaarheid
- Het woord gilde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gilde' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.