geveltoerisme

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·vel·toe·ris·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord geveltoerisme -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

geveltoerisme o

  1. een vorm van inbraak waarbij de dief gevels beklimt
    • Dit is je reinste geveltoerisme. 
  1. het bewonderen of natekenen van gevels in een stad
    • In de rubriek Geveltoerisme besteedde De Gelderlander wekelijks aandacht aan panden in en rond Nijmegen. 

Gangbaarheid

  • Het woord geveltoerisme staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.