getuigenis

Nederlands

Uitspraak

Geluid: getuigenis (hulp, bestand)

Woordafbreking

ge·tui·ge·nis

Woordherkomst en -opbouw

In de betekenis van ‘wat men getuigt’ voor het eerst aangetroffen in 1293 [1]
Naamwoord van handeling van getuigen met het achtervoegsel -enis

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	getuigenis	getuigenissen
verkleinwoord	getuigenisje	getuigenisjes

Zelfstandig naamwoord

getuigenis o of v

een verklaring over een persoon of zaak

- We moesten allen een getuigenis afleggen over wat we gezien hadden.
een bewijs
de openbaring van God aan de mensen

- Het getuigenis van de schepping is een belangrijk iets in de bijbel.

Vertalingen

1.

Frans: témoignage ^(fr) m
Spaans: testimonio ^(es) m

Gangbaarheid

Het woord getuigenis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'getuigenis' herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.

Verwijzingen

"getuigenis" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.