geschenkbon

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • geĀ·schenkĀ·bon
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord geschenkbon geschenkbonnen
(geschenkbons)
verkleinwoord geschenkbonnetje geschenkbonnetjes

Zelfstandig naamwoord

geschenkbon m

  1. cadeaubon
    • Een geschenkbon kun je geven aan iemand waarvan je niet weet wat voor een cadeau hij zou willen hebben. 

Gangbaarheid

  • Het woord geschenkbon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.