gemeentereiniging
Nederlands
Woordafbreking
- ge·meen·te·rei·ni·ging
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gemeente en reiniging
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gemeentereiniging | gemeentereinigingen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
gemeentereiniging v
- het reinigen van een gemeente
- dienst (3) die zorgt voor het schoonhouden van de gemeente
- Aan het hoofd van de gemeentereiniging werd een opzichter gesteld.[1]
- De straat moest door de gemeentereiniging angstvallig gemeden worden. Ik zag op het trottoir een half afgekloven duif liggen. Een verkoolde bank stond tegen een auto aangedrukt. Kapotgevallen bierflessen lagen in de goot. Een paar zwarte sokken staken uit een geopende vuilniszak. Boven aan de weg stroomde water uit een goot. [2]
Synoniemen
- gemeentereinigingsdienst
Verwante begrippen
- stadsreiniging
Gangbaarheid
- Het woord gemeentereiniging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.