gasvlam

Nederlands

gasvlam
Uitspraak
Woordafbreking
  • gas·vlam
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gasvlam gasvlammen
verkleinwoord gasvlammetje gasvlammetjes

Zelfstandig naamwoord

gasvlam v/m [1]

  1. brandend gas
    • Of denk aan een oudere vrouw die een melkpannetje omstoot. Ze is niet meer zo vast ter hand. De doek waarmee ze gemorste melk wil opvegen, raakt de gasvlam en er ontstaat brand. Doordat de vrouw slecht ter been is, is ze ook niet zo snel bij de kraan voor bluswater.” [2] 
    • De Tweede Kamer is nog verdeeld over de manier waarop het doven van de gasvlam moet worden betaald. Vandaag bleek uit onderzoek van Ecorys dat dit per woning naar schatting 18.000 euro kost en dat daardoor zowel lage als middeninkomens in de problemen komen. [3] 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gasvlam staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Reformatorisch Dagblad J. Visscher 11-05-2017 Als een bejaarde het fornuis vergeet uit te zetten
  3. Tubantia Marcia Nieuwenhuis & Maarten van Ast 30-01-18 Wie draait op voor 18.000 euro die wonen zonder gas kost?
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.