futloosheid

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fut·loos·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord futloosheid futloosheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

futloosheid v

  1. het futloos zijn
    • De enorme futloosheid van mijn dochter bleek veroorzaakt te zijn door de ziekte van Pfeiffer. 
Synoniemen
  1. sloomheid, luiheid, moeheid

Gangbaarheid

  • Het woord futloosheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.