fietsveer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fietsveer    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˈfits.vɪːr/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈfits.veːr/
Woordafbreking
  • fiets·veer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fietsveer fietsveren
verkleinwoord fietsveertje fietsveertjes

Zelfstandig naamwoord

fietsveer o

  1. een veerpont voor fietsers en wandelaars
    • Ten oosten van Nijmegen kan je nog met een fietsveer oversteken naar de Millingerwaard. 
Synoniemen
Hyperoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'fietsveer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
86 %van de Nederlanders;
88 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.