fall

Bretons

Bijvoeglijk naamwoord

fall

  1. slecht


Engels
Uitspraak
enkelvoud meervoud
fall falls

Zelfstandig naamwoord

fall

  1. herfst
Synoniemen
vervoeging
onbepaalde wijs to fall
he/she/it falls
verleden tijd fell
voltooid
deelwoord		 fallen
onvoltooid
deelwoord		 falling
gebiedende wijs fall

Werkwoord

fall

  1. vallen
Uitspraak
  • The bigger they are, the harder they fall.
Hoe meer macht of success iemand heeft, hoe moeilijker het is om het te verliezen.
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
in slaap vallen
«He fell asleep peacefully on 7th March at his home.»
Hij ontsliep vredig op 7 maart bij hem thuis.


Zweeds
Woordafbreking
  • fall

Werkwoord

fall

  1. gebiedende wijs van falla
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.