erfgoedtoerisme
Nederlands
Woordafbreking
- erf·goed·toe·ris·me
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van erfgoed en toerisme
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | erfgoedtoerisme | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
erfgoedtoerisme o
- vorm van toerisme, gericht op het culturele erfgoed van een plaats
Gangbaarheid
- Het woord 'erfgoedtoerisme' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.