elfhoek
Nederlands
Woordafbreking
- elf·hoek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van elf ht en hoek zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | elfhoek | elfhoeken |
verkleinwoord | elfhoekje | elfhoekjes |
Zelfstandig naamwoord
elfhoek m
- (meetkunde) figuur met elf hoeken
- Vul de tabel aan met de hoekensom van een zevenhoek en een elfhoek.[2]
Gangbaarheid
- Het woord 'elfhoek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.