elektroshock

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • elek·tro·shock
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord elektroshock elektroshocks
verkleinwoord elektroshockje elektroshockjes

Zelfstandig naamwoord

elektroshock m

  1. (medisch) door een elektrische stroomstoot die door de schedel geleid wordt, opgewekte shock, als behandeling van een psychische stoornis
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • elektroshockapparaat, elektroshockapparatuur
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord elektroshock staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.