elasticiteit
Nederlands
Woordafbreking
- elas·ti·ci·teit
Woordherkomst en -opbouw
- Van het Latijnse 'elasticus' met het achtervoegsel -iteit
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | elasticiteit | elasticiteiten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
elasticiteit v
- (materiaalkunde) De bekwaamheid van een materiaal om terug te keren naar de originele staat na vervorming
- (economie) de mate waarin een grootheid als de vraag of het aanbod varieert bij verandering van de prijs of een andere grootheid
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord elasticiteit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'elasticiteit' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.