dwanggedachte
Nederlands
Woordafbreking
- dwang·ge·dach·te
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van dwang zn en gedachte zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dwanggedachte | dwanggedachtes dwanggedachten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
dwanggedachte v
- (medisch) een gedachte die zich op een hinderlijke manier steeds opdringt en die je dus niet kunt onderdrukken
- Ik heb frequent last van een dwanggedachte over prachtige vrouwen en mensen die ik hoog acht: dat ook zij naar het toilet moeten. Zelfs voor een grote boodschap, meneer. Dat vind ik heel zwaar in mijn leven.[1]
- Zo was er een meisje dat zó’n minderwaardigheidscomplex had. Ze liet thuis geen vingerafdruk achter, omdat ze vond dat ze er niet mocht zijn. Ander voorbeeld: Ik kon een jongen helpen met muziek, mijn grote passie. Ik hielp door met muziek hem af te leiden van zijn dwanggedachtes.”[2]
Synoniemen
- fixatie, idee-fixe, bezetenheid, obsessie, dwangvoorstelling
Verwante begrippen
- dwanghandeling
Gangbaarheid
- Het woord dwanggedachte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'dwanggedachte' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Het Parool 1 OKTOBER 2009 'Ik moet altijd iets te haten hebben'
- Tubantia Dennis Jansen 21-04-18 Dennis Weening: 'Levenslang met dwang is geen sensatieprogramma'
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.