duinroos

Nederlands

duinroos
Uitspraak
Woordafbreking
  • duin·roos
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord duinroos duinrozen
verkleinwoord duinroosje duinroosjes

Zelfstandig naamwoord

duinroos v/m [1]

  1. Rosa pimpinellifolia Rosa spinosissima plant die groei in de droge graslanden in de kustduinen
    • De op de zeewind ruisende bossen zijn vooral beplant met naaldbomen, terwijl de plantengroei in het open duingebied wordt bepaald door de zoute, zanderige zeewind. Alleen struiken als de duindoorn, kardinaalsmuts, liguster, duinroos en vlier kunnen daarom overleven. [2] 
    • Volgens de gemeente is de tijd rijp voor de renovatie van het noordelijk deel met een nieuwe eigenaar van de Pier en interesse vanuit de markt om ook verouderde bebouwing aan te pakken. Omdat de nabijheid van de zee de mogelijkheden beperkt om bomen te planten is gekozen voor vergroening in de vorm van helmgras en duinroos. [3] 
Synoniemen
  • pimpernelroos
Hyperoniemen
  • veldroos
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord duinroos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
90 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.